Chaosmos
Beeldhouwwerk van Roberto Sebastian Antonio Matta Echaurren
Informatie over het beeldhouwwerk
180 x 92 x 38 cm
1970



Voor Matta, die opgeleid was in architectonisch denken en verbeelding, was het al heel vroeg - in de jaren 1930 - een kwestie van zich laten gelden in het tegendeel, het loslaten van de vaste ruimtelijke structuur en van gesloten, functionele lichaamsvormen en in plaats daarvan het zoeken en vastleggen van vloeiende sequenties en bewegingen, veranderende lichaamsvormen en onvoorspelbare ontwerpen. In tekeningen en schilderijen slaagt Matta erin lichaam en ruimte of ruimtes samen te brengen in een continuüm van voortdurende verandering van kortstondig vastgelegde overgangsvormen. De picturale ruimte wordt zo een sterrenstelsel, een wereldruimte van de meest uiteenlopende, voorbijgaande verschijnselen.
Het visionaire karakter van Matta's ruimtelijke schilderijen, die in de loop van vele decennia herhaaldelijk opnieuw werden vormgegeven, lijkt al volledig ingang te hebben gevonden in het algemene bewustzijn, als het waar is dat Matta de "schilder van de oorlog van de sterren" zou zijn (W. Schmied, 1981).
De beeldhouwer Matta heeft deze mogelijkheden niet. In plaats daarvan worden er grenzen aan hem gesteld. Het sculpturale ding blijft een echt lichaam in de ruimte en zijn eenheid verschilt in principe van alle geschilderde dingen van zijn rijke wereld van verschijning door isolement en afsluiting, door zijn zwaarte en door zijn fysieke beperkingen.
De titel lijkt bedoeld als een uitdagende antithese: CHAOSMOS, met zijn wereldomvattende terminologie, temeer daar twee tegenstrijdige uitspraken, namelijk chaos = wanorde en kosmos = orde, hier speels en toch met verrassend zelfbegrip worden gecombineerd. De universele chaos en de universele orde moeten tegelijkertijd in dit lichaam naar boven komen.
En zelfs meer: het rationele principe van de synthetische vermenging van tegengestelde principes valt hier samen met het surrealistische plezier in het toeval en de mogelijkheid van een verrassende combinatie van willekeurig optredende, vreemde entiteiten en de inherente neiging tot buitensporige verspilling. In de schilderijen is deze tendens gemakkelijk te volgen. In de beeldhouwkunst moet Matta zich op intelligente wijze beperken om tot vergelijkbare uitspraken te komen.
CHAOSMOS confronteert ons als een wezenlijk zoömorf geheel van poliepachtige lichamelijkheid, waarvan de duidelijke holte duidelijk contrasteert met zijn gevarieerde oppervlaktevorm.
In feite lijkt dit lichaam slechts te bestaan uit wand, die zacht en veranderlijk zwelt, zich opent en kruist. Zonder enige beperkende krachten volgt - slechts vluchtig vastgezet - een grote, algemeen vloeiende beweging. Op het oppervlak, dat afwisselend zwelt en zich terugtrekt, zitten, als in het wilde weg verspreid, kleine bolvormige "parasieten", die goud glinsteren op de uitstekende delen van de vorm, en ons aankijken als wezens met rode gezichten. Zij zijn veel concreter van vorm en uiterlijk dan het grote bouwwerk zelf en lijken ornamenteel vereenvoudigd en functioneel, in vorm en uitdrukking als kleine bloedzuigers op het grote oppervlak van de rug van een gespierde man.
In feite vertoont het poliepschepsel antropomorfe trekken, een zeer groot gezicht met een enorme wijde mond bovenop een piepklein bovenlichaam en nog kleinere verkorte benen. Juist datgene wat onze lichamelijkheid kenmerkt, zelfvoorziening, symmetrische vorming, constructiviteit en proportie, ontbreekt volledig in dit beeldhouwwerk. Schijnbaar toevallig, maar zeer indrukwekkend, wordt de antropomorfe eigenschap naar voren gebracht via de grote, uitgesproken "gezichtsuitdrukking".
Deze plastische combinatie van verschillende lichamelijke verschijningsvormen doet denken aan de Olmec oude mannen van de precolumbiaans-Centraal-Amerikaanse cultuur. De oude baby of de oude man met het babygezicht laten het verstrijken van de tijd in eenvoudige zin overslaan en wekken het idee van een gelijktijdigheid van voorbijgaan en worden. Dit beeldhouwwerk moet worden opgevat als design in de transitieve zin. Het generatieve moment ligt niet alleen in de ontmoeting van verschillende lichamen, maar in het fysieke zelf als een wordend beeld dat doordrongen is van verschillende momenten, wat in wezen proces en verschijning is.

Groepsfoto ter gelegenheid van een tentoonstelling in de Galerie Pierre Matisse, maart 1942.
Van links naar rechts, onderste rij: Matta Echaurren, Ossip Zadkine, Yves Tanguy, Max Ernst, Marc Chagall, Fernand Léger; bovenste rij: André Breton, Piet Mondriaan, André Masson, Amédée Ozenfant, Jacques Lipchitz, Pavel Tchelitchew, Kurt Seligmann, Eugene Berman. Foto: Georges Platt Lynes van: Matta, uitgegeven door Wieland Schmied, 1991.
Roberto Sebastian Antonio Matta Echaurren
Zijn ouders zijn van Spaans-Frans-Baskische afkomst. Matta wordt opgeleid aan een Jezuïetenschool en studeert vervolgens architectuur aan de Katholieke Universiteit van Santiago
1932
1933
1934
1936
1937
1938
1939
1940
1942
1948
1955
1956
1957
1959
1960
1963/64
1965
1967
1970/71
1974
1975/77
1981
1982
1985
1987
1988
1991
1993
1994
1997
1999
2000/01

Krantenartikel
Publicatie "Roberto Sebastian Antonio Matta Echaurren"
Met inventariscatalogus van de beeldencollectie ten tijde van publicatie.
Viersen 2002
Winkelprijs: 10 €
ISBN 3-9805339-5-9